Orale opioïden met gewijzigde vrijstelling van niveau III: risico van te snelle vrijstelling met overdosering, als gevolg van de inname van alcohol

Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) heeft de herevaluatie van de orale opioïden met gewijzigde (verlengde) vrijstelling, van niveau III (sterke pijnstillers) op de pijnbestrijdingsschaal van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO), beëindigd.
De voordelen van de meeste van deze geneesmiddelen wegen op tegen de risico’s. Echter, de vergunningen voor het in de handel brengen van opioïden waarbij het systeem voor controleerde vrijgave polymethacrylaat-triëthylcitraat bevat, dienen geschorst te worden omwille van het risico van versnelde vrijstelling met overdosering van het actief bestanddeel, als gevolg van de inname van alcohol.
Opioïden van dit type zijn momenteel vergund maar zijn niet gecommercialiseerd in België.

Als gevolg van de herevaluatie van de orale opioïden met gewijzigde vrijstelling, van niveau III op de pijnbestijdingsschaal van de WGO, heeft het Comité voor geneesmiddelen voor humaan gebruik (CHMP) van het EMA besloten dat de voordelen van de meeste van deze geneesmiddelen opwegen tegen de risico’s, maar dat de bestaande waarschuwingen over de interactie met alcohol geharmoniseerd dienen te worden voor de gehele klasse.

Echter, voor orale opioïden waarvan het systeem voor gecontroleerde vrijgave polymethacrylaat-triëthylcitraatsysteem bevat, beveelt het CHMP de schorsing aan van hun vergunningen voor het in de handel brengen, totdat de fabrikanten deze producten geherformuleerd hebben zodat zij meer stabiel zijn in alcohol.

Orale opioïden met gewijzigde vrijstelling, van niveau III op de pijnbestrijdingsschaal van de WGO, zijn sterke pijnstillers, gebruikt om pijn te bestrijden die niet kan gecontroleerd worden met andere geneesmiddelen. Zij stellen het actieve bestanddeel traag vrij, dikwijls over een verloop van uren, om het aantal innamen per dag van het geneesmiddel voor de patiënt te verminderen. Tot deze klasse van geneesmiddelen behoren morfine en de gerelateerde geneesmiddelen oxycodon en hydromorfon.

Deze geneesmiddelen werden geherevalueerd omwille van bezorgdheid over het feit dat het systeem voor gecontroleerde vrijgave niet stabiel zou zijn in alcohol en dit kan leiden tot een te snelle vrijstelling van het actieve bestanddeel indien patiënten het geneesmiddel samen met alcohol zouden innemen. Door dit effect, “dose dumping” (vroegtijdige vrijgave) genaamd, lopen patiënten het risico om te worden blootgesteld aan hoge dosissen aan opioïden, wat kan leiden tot ernstige bijwerkingen zoals respiratoire depressie (een onderdrukking van de ademhaling).

Op basis van de evaluatie van de beschikbare gegevens, heeft het CHMP vastgesteld dat ongeveer de helft van de systemen voor gecontroleerde vrijgave interacties vertoonde met alcohol, maar dat dit effect mild was en dat dit slechts een mineur effect zou hebben op de gecontroleerde vrijgave van het actieve bestanddeel.

Echter, voor opioïden waarbij het systeem voor gecontroleerde vrijgave polymethacrylaat-triëthylcitraatsysteem bevat, stelde het CHMP vast dat er een significante interactie met alcohol is en dat patiënten het risico lopen van dose dumping indien zij alcohol drinken tijdens hun behandeling. In België zijn dergelijke opioïden niet gecommercialiseerd.

Het CHMP signaleert dat de huidige productinformatie al contra-indicaties bevat betreffende het drinken van alcohol wanneer men sterke opioïden inneemt, maar stelde ook vast dat veel patiënten met ernstige pijn alcohol drinken tijdens hun behandeling met opioïden.

Het CHMP beveelt daarom aan om de vergunning voor het in de handel brengen van deze geneesmiddelen te schorsen totdat de vergunninghouders een systeem voor gecontroleerde vrijgave hebben ontwikkeld dat meer stabiel is in aanwezigheid van alcohol.

Voor alle andere orale opioïden met gewijzigde vrijstelling, van niveau III op de pijnbestrijdingsschaal van de WGO, heeft het CHMP besloten dat de voordelen opwegen tegen de risico’s, maar dat de bestaande waarschuwingen in de productinformatie over de potentiële interactie met alcohol, bv. verhoogde sedatieve effecten van opioïden, geharmoniseerd dienen te worden over de gehele klasse.

De aanbevelingen van het CHMP werden overgemaakt aan de Europese Commissie voor het nemen van een bindende beslissing.

Nota’s 

1. Bijkomende informatie over opioïden met gewijzigde vrijstelling, van niveau III op de pijnbestrijdingsschaal van de WGO, is beschikbaar in een “vraag-en-antwoord” document.

2. De herevaluatie van de orale opioïden met gewijzigde vrijgave, van niveau III op de pijnbestrijdingsschaal van de WGO, werd ingeleid conform artikel 31 van Richtlijn 2001/83/EG, zoals gewijzigd. Dit type procedure kan worden gestart in specifieke gevallen waarbij het belang van de Gemeenschap is betrokken. De uitdrukking ‘Gemeenschappelijk belang’ heeft een brede betekenis maar verwijst in het bijzonder naar het belang van de volksgezondheid binnen de Gemeenschap, bijvoorbeeld als gevolg van bezorgdheden betreffende de kwaliteit, de doeltreffendheid en/of de veiligheid van een geneesmiddel of nieuwe informatie omtrent geneesmiddelenbewaking.

3. Voor één van de geneesmiddelen opgenomen in deze evaluatie, Ethirfin® (morfinesulfaat), capsules met verlengde vrijgave van Ethypharm,(niet beschikbaar in België) heeft het CHMP een parallelle herevaluatie uitgevoerd conform artikel 29(4) van Richtlijn 2001/83/EG, zoals gewijzigd. Het CHMP werd gevraagd een aanbeveling te geven over het al dan niet toekennen van de hernieuwing van de vergunning voor het in de handel brengen van Ehirfin®. Gebaseerd op de evaluatie van de beschikbare gegevens voor Ethirfin®, waarvan het systeem voor gecontroleerde vrijgave polymethacrylaat-triëthylcitraat bevat, en op basis van de uitkomst van de herevaluatie van de orale opioïden met gewijzigde vrijstelling, van niveau III op de pijnbestrijdingsschaal van de WGO, heeft het CHMP aanbevolen om de vergunning voor het in de handel brengen te hernieuwen, op voorwaarde dat de vergunninghouder een meer stabiel systeem voor gecontroleerde vrijgave ontwikkelt.

4. Dit persbericht, samen met andere informatie over het werk van het European Medicines Agency, kan worden teruggevonden op haar website:

Contact:

vig@fagg.be

 

 

 

Laatste update op 21/09/2010